Het is een genot als honden hun volledige arsenaal kunnen laten zien met draaien, springen en sprinten op snelheid. Snel is veel sexier dan traag. Niet voor niets zijn veel sporten gebaseerd op wie het eerste aan de finish komt. Het jaagt de adrenaline op en brengt ons in extase. Wij worden blij als onze honden snel kunnen schakelen, onder moeilijke omstandigheden toch het doel bereiken, liefst op een spectaculaire manier. De tegenstrijdigheid zit hem hierin dat honden alleen snel kunnen zijn als ze de (deel)oefeningen ook langzaam in controle kunnen uitvoeren. De absolute voorwaarde voor snelheid is maximale controle!
Net als wij mensen bewegen honden in patronen. Een bewegingspatroon wordt in de loop van de tijd opgebouwd door ervaring en oefening. Een nieuwe beweging is eerst grof en aspecifiek en gaat daarna door training steeds verfijnder en specifieker worden. Het zenuwstelsel wordt geactiveerd en met extra zenuwbanen uitgebreid. Het is erg belangrijk dat een beweging met voldoende coördinatie uitgevoerd wordt; op het juiste moment, de juiste spieren met het juiste gevoel aanspannen.
Als de beweging langzaam wordt uitgevoerd wordt het bewegingspatroon als het ware ingeprent in het zenuwstelsel en geheugen. Door het langzaam te doen moet de coördinatie vol aan het werk, anders valt de hond om. Dan brengt de hond (onbewust) een patroon aan in de beweging. Op moment A spier 1, daarna spier 2 en zo verder.. Op moment B weer andere spieren die in een bepaalde volgorde en snelheid na elkaar aangespannen worden. Zo wordt de hele beweging in deeltjes opgebouwd, waarbij coördinatie steeds cruciaal is.
Als je een oefening gaat aanleren begin je dus eerst zonder snelheid zodat alles goed ingeprent kan worden in het lichaam van de hond, jut hem zeker nog niet op. Voeg pas snelheid toe als hij de oefening goed beheerst. En als de hond bij het aanleren uit zichzelf alles langzaam doet omdat hij het best moeilijk vindt, prima! Zo leert hij de oefening het beste aan. De snelheid komt later wel.
Als de hond “gewoon” alleen maar snel beweegt zal de coördinatie tekortschieten en zal de beweging daardoor juist langzamer worden, want de spieren worden op het verkeerde moment aangespannen. Dan wordt de optimale beweging dus eigenlijk tegengehouden.
Hoe beter de hond op verschillende snelheden – en dus vooral langzaam – een oefening kan uitvoeren, des te beter kunnen kracht en snelheid toegevoegd worden en tezamen met de correct aangeleerde coördinatie tot grote hoogtes komen. Hoe tegenstrijdig het misschien ook klinkt!
Als je meer wil weten over de correcte uitvoering van oefeningen, kijk dan eens bij de online fitness cursussen van Fit Dog Program. In alle cursussen krijg je een groot aantal oefeningen met aanwijzingen over uitvoering, dingen waar je op moet letten en duidelijke instructiefilmpjes.